Rond het alpinum groeit hij weelderig, deze dieprode ooievaarsbek. Bijna zwartpaars, maar soms violet blijkt. De bloemblaadjes zijn iets naar achter gebogen. Ik heb een tijd zitten turen hoe dat nou zit met die meeldraden, de kleur en de vorm. Elke bloem heeft 10 meeldraden die rijpen in 2 porties van 5. Na rijping kleuren de gele helmknoppen (middelste foto linkerbloem) paars en krullen de draden sierlijk naar achter (vele helmknopen vallen dan af). Daarbij komt de stijl met stempels vrij te liggen en kan de bloem worden bevrucht (op eerste kleine foto is deze nog omsloten). Wanneer dat gebeurd is strekken de meeldraden zicht weer. De vrucht krijgt de vorm is een lange ‘snavel’, de ooievaarsbek. En daar had ik nou net geen foto van gemaakt… Mooi vind ik ook de lange afstaande haren, te zien op de foto met de bij. Het is een wilde geraniumsoort, een zeldzame, die de hele zomer bloeit. [klik op foto voor vergroting]
No responses yet